Alle berichten van Tjeerd Warringa

Een dendrologische reis door Beieren, Duitsland

München Duitsland
München Duitsland

Inleiding
Beieren is de grootste Duitse deelstaat met een oppervlakte van ruim 70.500 km² (1,7 x Nederland), ruim 12,5 miljoen inwoners en grenzend aan Tsjechië in het oosten en Oostenrijk in het zuiden. München is de hoofdstad. Het is een land met een overdaad aan natuur en cultuur. Niet alleen de gemoedelijke inwoners, maar ook vele fraaie arboreta, parken, kastelen en paleizen zijn het bezoeken meer dan waard.

Staudensichtungsgarten ‘Hermannshof’, Weinheim
Op maandag 31 mei vertrok een gemêleerd gezelschap van 30 (amateur)dendrologen per luxe autobus (Tuinreizen Kupers bv) richting Beieren. De reis werd nuttig onderbroken met een bezoek aan Staudensichtungsgarten ‘Hermannshof’ in Weinheim. Dit 2.2 ha omvattende park met een enorm klassisistisch herenhuis (gebouwd door Hermann Ernst Freudenberg, 1856-1923) dateert van rond 1870. Opvallend in het fraai onderhouden park is o.a. een enorme Myrtus communis, de ‘Bruidsmyrte’, een in 1879 geplante en uitgegroeide stek, afkomstig uit het bruidsboeket van de dochter van H.E. Freudenberg. ’s Winters wordt deze struik van een tijdelijke omhuizing voorzien. Ook de altijd weer imponerende Sequoiadendron giganteum uit 1888 mag gezien worden. De kleurcombinatie van vaste plantenborders was zelfs in de regen uiterst fraai.

Myrtus communis, de ‘Bruidsmyrte’, geplant in 1879.
Myrtus communis, de ‘Bruidsmyrte’, geplant in 1879.
Foto: Koos Slob

’s Avonds arriveerden we in ons hotel ‘Am Sonnengrund’ in Aystetten, van waar uit we dagelijks diverse botanische objecten in de omgeving zouden gaan bezoeken.

Botanische Tuin van München
Dinsdag 1 juni vetrokken we richting Botanische Tuin van München. Daar werden we ontvangen door Till Hägele, hoofd van de kassensectie, die samen met Piet de Jong recent in Korea was geweest voor deelname aan het symposium over het nieuw te stichten Baek-du-dae Arboretum. Vervolgens werden we rondgeleid door oud-tuinbaas Meyer in dit enorme complex van ruim 22 ha. Naast een zeer gevarieerd tuingedeelte zijn er ook uitgebreide kassen. De collectie omvat ruim 14.000 soorten!

Schloss Dachau
In de middag bezochten we eerst Schloss Dachau met zijn fraai aangelegde tuin van 8 ha en daarna Schloss Schleissheim met zijn Hofgarten, een prachtige tuin midden in München en Grand Canal van 500 m lengte.

Botanische Tuin van Augsburg
Woensdag 2 juni voerde de reis allereerst naar de Botanische Tuin van Augsburg (gesticht in 1936). Ondanks de regen konden we dit 10 ha omvattende terrein bewonderen met z’n fraaie Japanse tuin en vaste plantenborders. Daarna brachten we een bezoek aan de Staatliche Forschungsanstalt für Gartenbau Weihenstephan met de Hochschule en Sichtungsgarten (gesticht in 1947). In dit 5 ha groot terrein zijn vijf verschillende tuinen te bezoeken, allen met een hoge dendrologische waarde. Daar werden we ontvangen en rondgeleid door de directeur Prof. Dr. Bernd Hertle, die er op stond om ons als hoog gewaardeerde bezoekers zelf rond te leiden.

De fraai aangelegde Japanse tuin van de Botanische Tuin van Augsburg.
De fraai aangelegde Japanse tuin van de
Botanische Tuin van Augsburg.
Foto: Koos Slob

 

Grote waterpartijen doen het altijd goed in een botanische tuin of arboretum.
Grote waterpartijen doen het altijd goed in een botanische tuin of arboretum.
Foto: Koos Slob

Botanische Tuin van Ulm
Donderdag 3 juni bezochten we in eerste instantie de Botanische Tuin (van de Universiteit) van Ulm, waar we rondgeleid werden door Peter Zindl, directeur van de tuin. Een flink terrein van 28 ha met een grote verscheidenheid aan interessante dendrologische zaken: o.a collecties naaldbomen, loofbomen, Magnoliaceae, weidebloeiers en een rosarium. Speciale aandacht trok een Acer campestre met frisgroen blad en knalrode vruchten.

In de Botanische Tuin van Ulm hadden we de paraplu hard nodig.
In de Botanische Tuin van Ulm hadden we de
paraplu hard nodig.
Foto: Koos Slob

Exotenbos in Diedorf
Na de lunch werd een bezoek gebracht aan het Exotenbos in Diedorf. Onder leiding van Sigried Knittel werd dit 5 ha groot terrein verkend. Opvallend waren de afmetingen van de bomen. De grootste exemplaren zijn hier 60 m hoog! We zagen diverse Abies grandis, Pseudotsuga menziesii en Pinus strobus, Quercus rubra en Acer saccharinum van zeer grote afmeting. Op de tweede locatie van dit fraaie terrein bosarboretum zagen we enorme exemplaren van Betula maximowicziana, Kalopanax septemlobus var. maximowiczii, Cercidiphyllum japonicum en zo veel meer.

Schloss Ellingen en Eichstätt
Vrijdag 4 juni scheen de zon volop en werd in de ochtend de Slottuin van Schloss Ellingen bezocht. Opvallend waren een aantal meerstammige bomen, waarschijnlijk als zodanig aangeplant. Speciaal genoemd dient te worden Fagus sylvatica ‘Tricolor’, een knalgele Quercus robur ‘Concordia’ en een kleine, opvallend rijk van bloemknoppen voor zien Liriodendron tulipifera. De middag werd doorgebracht in Eichstätt waar we natuurlijk de Bastionsgarten van de Willibaldsburg moesten bezoeken en bewonderen. In het centrum van Eichstätt viel ons oog op een meerstammig geënte Linde (Tilia sp.).

Terugreis
Zaterdag 5 juni was de dag van de terugreis. Tijdens de gemeenschappelijke lunch in Landhotel Hopp werden de organisatoren van deze excursie Piet de Jong en Wout Kromhout bedankt voor hun inzet bij het organiseren van een buitengewoon geslaagde botanische zomerexcursie! Wout Kromhout werd extra in het zonnetje gezet aangezien hij alleen alles had ‘voorgereisd’ en de gehele logistiek had geregeld.

Een meerstammig geënte Linde (Tilia sp.) in het centrum van Eichstätt.
Een meerstammig geënte Linde (Tilia sp.) in het centrum van Eichstätt.
Foto: Koos Slob

Geschreven door: Koos Slob en Wout Kromhout

Belmonte op zijn Best in Wageningen

Het weer was opnieuw precies goed. Zon en 19ºC.

Belmonte liet zich opnieuw van haar mooiste kant zien.

De sfeer was gezellig, als vanouds.

Al met al: wie er niet was heeft iets gemist!!

Ondanks dat pas (te) laat bekend werd dat we weer welkom waren in Wageningen om de gezamenlijke informatie- en verkoopbeurs “Belmonte op z’n Best” te houden, kunnen we toch weer spreken van een succes.

NDV en NRV sloegen, pas op een laat tijdstip maar eerder kon niet, de handen in één om de beurs toch weer van de grond te krijgen.

Wilbert Hetterscheid en Hans de Boer wisten de facilitaire dienst van WUR weer zover te krijgen dat we met hun assistentie “Belmonte op z’n Best” konden organiseren. Zij namen ook de kosten van diverse voorzieningen voor hun rekening (net als vorige jaren) waarvoor veel dank!

Voortbordurend op de organisatie van de vorige keren lukte het om iedereen weer actief mee te laten doen. Zo schoven de International Camellia Society, de Nederlandse Coniferen Vereniging en de Nederlands Heide Vereniging tijdig aan om de beurs body te verschaffen.

De Nederlandse Rhododendron Vereniging verzorgde rondleidingen en een lezing, evenals de International Camellia Society. De IVN afd. Wageningen gaf rondleidingen, Hotel-restaurant “De Wageningse Berg” verzorgde de kleine catering en sponsorde de mobiele toiletten. Ook de ijscoman deed goede zaken.

Alle verenigingen hadden hun info-materiaal paraat, deskundige mensen achter de kraam om vragen te beantwoorden en toen was het wachten op het bezoek.

Er was in de plaatselijke en regionale pers zoveel mogelijk aandacht gevraagd voor de happening. Voor de landelijke pers en de maandbladen waren we helaas te laat gestart. Toch viel het bezoek niet tegen. Minder dan de vorige jaren maar wel gericht publiek dat echt om mooie en bijzondere planten kwam.

Er is veel informatie over de toonbank gegaan; folders meegegeven in de hoop op lidmaatschap of anderszins.

Alle standhouders hebben goed verkocht en waren tevreden met hun aanwezigheid.

Eén opvallend minpuntje: waar waren al die NDV-ers, NRV-ers, Camellia-liefhebbers, coniferen en heide-beminners die wel al lid zijn maar toch ook nog wel een open plekkie hebben in hun tuin voor een mooie of bijzondere plant? Op deze beurs van je eigen kluppie was je aanwezigheid best op zijn plaats geweest (de wèl aanwezigen niet te na gesproken!)

Op deze dendrologische toplocatie met een uitbundig bloeiend arboretum was het zeker de moeite waard om zowel de kramen als het park eens met een bezoek te vereren! Volgend jaar komt er opnieuw een kans!

20100424a

20100424b

Geschreven door: Wout Kromhout

Geslaagde fietsexcursie in Bloemendaal, Overveen en Haarlem

Inleiding
De NDV liet zich op 17 april van zijn sportieve zijde zien. Met een verkeersregelaar voorop blijkt zelfs een stoet van ruim 40 fietsende dendrologen zich redelijk netjes door het drukke Randstadverkeer te kunnen bewegen.

Ontvangst door gastheer John Todirijo
Na ontvangst met koffie en gebak in de stationsrestauratie van Overveen en een korte inleiding door gastheer John Todirijo (voormalig hoofd Groenvoorzieningen, Sportvelden en Alg. Begraafplaats van de Gemeente Bloemendaal), ging het naar het eerste object: een reusachtige Quercus turneri ‘Pseudoturneri’ op het voorplein van het Kennemer Lyceum in Bloemendaal. Een zeldzaamheid in Nederland.

Het Nachtegaalplantsoen in Bloemendaal
Dit stadsparkje is ongeveer 90 jaar oud en ontworpen door Leonard Springer. Het bestaat voornamelijk uit brede grastaluds, aflopend naar een fraai gebogen waterpartij. Het park is beplant met een verrassend sortiment aan solitair groeiende bomen. We zagen er o.a. Taxodium distichum, Quercus frainetto, Betula utilis ‘Doorenbos’, Betula papyrifera, Populus lasiocarpa, Metasequoia glyptostroboides, Aesculus hippocastanum ‘Baumannii’, Fraxinus excelsior ‘Jaspidea’, Salix ×sepulcralis ‘Chrysocoma’.

Ter Hoffsteedeweg-parkje
Na een kleine rondwandeling op naar het volgende object: het driehoekige Ter Hoffsteedeweg-parkje waar voor ieder lid van het Koninklijk Huis een boom is geplant. In dit parkje was duidelijk te zien dat John Todirijo in zijn actieve loopbaan blijk heeft gegeven van een grote liefde voor bomen. De Koninklijke bomen staan er allemaal goed bij. In een border staan een aantal zeldzame bomen geplant waarvan er één alleen door Mart van den Oever benaamd kon worden: Ziziphus jujuba. Een Rhamnaceae met zigzag groeiende twijgen die vaak in bundels groeien waardoor de bladeren soms dubbel geveerd lijken. De zwarte vruchten zijn eetbaar. Onze aandacht werd getrokken door een boom in de voortuin van een woning. Het bleek een horizontaal groeiende Liquidambar styraciflua te zijn! Reeds een oud exemplaar, gezien zijn dikke stam en takken. Nooit eerder gezien en binnen de groep totaal onbekend!

Park Brederode
Park Brederode op de noordelijke grens van Bloemendaal. Dit park hoorde vroeger bij een psychiatrische instelling. Het is een zeer uitgestrekt park van 35 ha met centraal een prachtige vijver en verder grote, oude beuken en een prachtige directeurswoning. Momenteel wordt een deel van het terrein omgevormd tot een woonwijk. Mede op aandringen van John is hierbij sprake van een tot nu nog weinig vertoonde opmerkelijke aanpak. In plaats van een stedenbouwkundige is een landschapsarchitect ingeschakeld om het terrein te ontwikkelen. Het aantal te bouwen woningen, na sterke oppositie van belanghebbenden, is van 600 naar 300 teruggebracht en er is veel meer ruimte open gelaten voor natuurontwikkeling.

Voordat er met de werkzaamheden werd begonnen zijn alle bomen geïnventariseerd en op kwaliteit beoordeeld (Copijn boomverzorging). Voor de bouw van de woningen zijn 500 volwassen bomen vakkundig voorbereid en gerooid en elders op het terrein voor enkele jaren weggezet (opgekuild). Op dit moment zijn ze bijna allemaal weer op nieuwe plaatsen tussen de woningen en langs de lanen geplant en groeien ze daar monter verder.

Het sortiment is kenmerkend voor de kuststreek: Quercus robur, Fagus sylvatica, Carpinus betulus, Tilia ×europaea en Robinia pseudoacacia. Sommige soorten als Aesculus hippocastanum, Quercus frainetto, Betula utilis en Catalpa bignonioides. Na de rondwandeling werden we vriendelijk ontvangen door Frits Bekker, projectsecretaris van Park Brederode. Hij trakteerde ons op een heerlijke lunch en een duidelijke uiteenzetting over de ontwikkeling van dit park. Na de lunch gingen we per fiets naar de Kleverlaan in Haarlem-Noord.

Begraafplaats Kleverlaan in Haarlem-Noord
Hier werden we ontvangen door Harry Boelé, de beheerder van de begraafplaats Kleverlaan. Harry is een bevlogen dendroloog die prima thuis is in zijn bomenbestand op deze prachtige, oude begraafplaats. Door het prima onderhoud is het een heerlijke plek om te wandelen. In deze voorjaarstijd bloeien overal de narcissen en crocussen in de gazons en taluds.Bij een nu al vol in bloei staande Oost-Aziatische Cornus ontspon zich een brede discussie of dit nou een florida of een kousa kon zijn, of misschien een nuttalii of alternifolia? Ik houd het op Cornus florida, vooral vanwege de vroege bloei en de uitgerande topbladeren van de schijnbloemen (bracteeën). Opmerkelijk waren twee vrij jonge Cercidiphyllum japonicum die op het moment van uitlopen chocoladebruin blad hebben. Later verkleurt dat weer naar groen. Fraai toegepast is hier Taxus baccata ‘Repandens’ op enkele taluds. In een groep hoge Pinus nigra ‘Nigra’, naast het Mausoleum, groeien dikke kolommen van Hedera hibernica tot hoog in de kronen. Mooi is een smal opgaand exemplaar van Fagus sylvatica ‘Borniensis’, de treurbeuk met de doorgaande stam. Ook opmerkelijk is een Zelkova carpinifolia met een prachtig afbladderende schors waardoor er lichtbruine, mosgroene, gele en oranje kleuren verschijnen. Nog niet zo oud, maar vrij zeldzaam, is een Diospyros lotus, evenals gave exemplaren van Ulmus ×hollandica ‘Groeneveld’. Aan de oostkant, vlak bij de graven van de Zochers, die deze fraaie begraafplaats ontwierpen en in Haarlem woonden, groeit een geheel gaaf exemplaar van Araucaria araucana, de slangenden. Na woorden van dank aan Harry Boelé en John Todirijo, fietsten we weer richting Stationsrestauratie Overveen.

Een horizontaal groeiende Liquidambar styraciflua
Een horizontaal groeiende Liquidambar styraciflua
Foto: Wout Kromhout

Geschreven door: Wout Kromhout