Houden van hout

Hout is een uniek materiaal en de boom, de leverancier van het hout, heeft zo zijn eigen fascinerende aspecten. De leden van NEHOSOC, de Nederlandse Vereniging van Houtsoortenverzamelaars, zijn mannen en vrouwen die vaak door hun beroep of door hun hobby met hout te maken hebben. Eén ding hebben zij gemeen: ze houden van hout. Vorig jaar vierde de vereniging zijn 75-jarig jubileum.

Bomen vervullen een essentiële functie in het leven van de mens. Ze komen op aarde voor in meer dan 60.000 soorten. Bossen zijn over de aarde verspreid in verschillende typen en vormen belangrijke ecologische leefgemeenschappen. Bij goed beheer vervangt hout zichzelf, het is milieuvriendelijk, bijna onbeperkt in zijn gebruiksmogelijkheden, vaak prachtig van kleur en tekening en boeiend door zijn structuur. Geen wonder dat mensen gefascineerd raken door hout.
NEHOSOC heeft als doel: het verspreiden van kennis van hout in het algemeen en het geven van steun en voorlichting bij het aanleggen van houtmonsterverzamelingen in het bijzonder. Eén van de belangrijkste kerntaken is het uitgeven van 12 houtmonsters per jaar. Die houtmonsters hebben een afmeting van 1x8x15 cm (dikte x breedte x lengte). Hiervoor speuren leden de hele wereld af. Ze kijken bij zagerijen, bosbeheerders, arboretums, houthandels, particuliere tuinen ect. Uiteraard worden de CITES-regels daarbij nagevolgd. En natuurlijk worden er geen bomen omgezaagd voor de houtmonsters.

De referentiecollectie.
Foto: NEHOSOC

Via de genoemde contacten wordt geprobeerd stamhout, dikke takken, planken en soms zelfs houtmonsters te kopen. Het maakt niet uit of het naald- of loofhout is. Van alle verkregen houtsoorten wordt eerst een preparaat gemaakt, dat wordt gecontroleerd en op naam gebracht. Het aangekochte hout wordt gezaagd, geschaafd, geschuurd, gekort en genummerd en twee keer per jaar aan de leden aangeleverd. Wanneer er geen hout genoeg is voor alle leden dan worden de houtmonsters uitgegeven op een ALV. Inmiddels bestaat NEHOSOC al 75 jaar en zijn er bijna 1300 houtmonsters uitgegeven. Elk uitgegeven houtmonster is voorzien van een geel kaartje. Hierop staan alle gegevens (botanische naam, herkomst, gebruik ect.) over het houtmonster. Veel monsters zijn nog na te bestellen. Er gaat altijd een exemplaar in de moedercollectie en één in de dochtercollectie. Ook is er een referentiecollectie van ongeveer 5000 species. Deze kan worden gebruikt voor determinatie.

Voorbeeld geel kaartje:
Staal no.: 1272
Naam: Katalox
Botanische naam: Swartzia cubensis (Britton & P. Wilson) Standl.
Familie: Fabaceae
Gebied: Yucatan, Mexico, Guatemala en Belize
Herkomst monster: Amerika
Vol. massa: Tijdens de meting was deze 1150 kg/m³, bij 12% vochtgehalte.
Algemeen: Swartzia cubensis is een 4 tot 20 meter hoge bladverliezende boom. De groenbruine schors is 15 tot 25 mm dik, zeer ruw diep verticaal gegroefd en horizontaal gebarsten. Door de horizontale barsten ontstaan gelaagde dikke schilfers. Blad elliptisch tot lancetvormig, gewoonlijk 2 4,5 cm lang en 1,5 3,5 cm breed, geleidelijk groter wordend naar de top van het blad. Bloeiwijzen op de takken en gevormd door bundelende trossen van talrijke bloemen, 2,5 8,5 cm lang, geel of wit van kleur;
Techn. gegevens: Het kernhout varieert van lichtbruin tot donkerbruin met donkere strepen en kan prachtig getekend zijn, het spint is geelachtig wit en duidelijk te onderscheiden van het kernhout. De nerf is fijn van draad en recht tot golvend Het hout is dof en zonder karakteristieke geur of smaak.
Gebruik: Het is o.a. geschikt voor meubilair, schrijnwerk, draaiwerk, handvatten voor messen, het maken van muziekinstrumenten en sieradenkistjes en fineer.
Opmerking: De informatie voor dit kaartje komt uit diverse bronnen.
Pakket: pakket 146, december 2021

Soms schuilt er een heel verhaal achter een houtmonster. Zo werd uit een particuliere tuin een Chamaecyparis obtusa (nummer 1260) aangeboden. Deze moest plaats maken vanwege een verbouwing. De boom was ongeveer 150 cm hoog en meer dan 50 jaar oud. De eigenaar wist te vertellen dat het om een cultivar ging, ‘Nana Gracilis’. Het mooie aan dit boompje was dat er een hele grote knol aan zat. Het was al met al een hele klus om deze uit de grond te krijgen. Er zijn netjes plakken van gezaagd, die overigens aangenaam zoet roken en deze werden op latjes te drogen gelegd. Na een paar maanden waren de plakken droog genoeg en zijn deze verder bewerkt tot houtmonsters. Ondertussen werd gezocht naar de oorzaak van die grote knol. Goed te zien is dat de knol uit twee stammen is gevormd.

De knol van de Chamaecyparis obtusa.
Foto: NEHOSOC

Het blijkt hier te gaan om een knol (een gal) veroorzaakt door de wortelknobbelbacterie (kroongalziekte) Agrobacterium tumefaciens.
In De Houtverzamelaar 228 is de houtsoort en de aantasting verder beschreven. Dit kwartaalblad bevat artikelen die over hout gaan in de breedste zin. Denk hierbij aan bomen, bos, uitgegeven houtmonsters, verhalen van leden over hout ect. Verder is er een jaarlijkse ledendag, waar leden contact leggen met elkaar en houtjes ruilen of aanschaffen. Voor leden die zelf thuis willen raken in het determineren organiseert de vereniging een driedaagse (basis)cursus ‘Hout-herkennen met de loep’. Allerlei informatie over de vereniging, collecties en cursussen is te bekijken op de onlangs gemoderniseerde website www.nehosoc.nl.
De vereniging is altijd op zoek naar mooi, nieuw materiaal. Dus mocht u een locatie weten waar niet alledaags hout beschikbaar is, neem dan contact op via info@nehosoc.nl

*Ron Metz is secretaris van NEHOSOC

De knol bestaat duidelijk uit twee stammen.
Foto: NEHOSOC

Geef een reactie