Categorie archieven: Arbor Vitae

Bomen beter begrijpen. Gids voor praktisch beheer

Maarten, een van onze vrienden, was gymnastiekleraar maar heeft nog niet zo lang geleden een opleiding tot boomverzorger gevolgd en dat is nu zijn beroep (altijd handig om zo’n vriend te hebben als je een arboretum hebt….). Maarten kwam van de zomer kamperen en had een boek bij zich dat ik beslist moest lezen, zo vertelde hij.
Het is een studieboek voor boomverzorgers. De auteur, Wim Peeters, is lector boom- en groenbeheer aan de hogeschool Vives en Odisee (Vlaanderen). Het boek omvat 12 hoofdstukken: Inleiding, Levende bomen, Bomen groeien, Afgrendeling, Stabiliteit, Bomen in het bos, Bomen in de stad, Bomen planten, Groeiplaatsverbetering, Snoeien van bomen, Plagen en aantastingen en Veterane bomen. Stuk voor stuk degelijk en informatief. Niet altijd direct te begrijpen, je moet een alinea soms twee keer lezen. Wat heel prettig is, is dat veel begrippen voorzien zijn van een sterretje en worden uitgelegd in de verklarende woordenlijst. Dus als je een bepaald begrip niet kent of niet begrijpt, is het handig even achterin te kijken voor de uitleg of betekenis. Ik heb veel geleerd, van plakoksel tot waterlot en van climaxbos tot bundelboom. Ook heb ik geleerd dat boomchirurgie een obsoleet begrip is en dat we nu moeten spreken over boomverzorging.

Ik citeer graag een paar zinnen uit de inleiding:
Dit is dus geen snoeiboek. Dit is een boek over bomen, alle bomen en voor iedereen. Zowel voor boomeigenaren, boomliefhebbers, professionele groenbeheerders, openbare besturen en ook voor boomverzorgers – van de term ‘boomchirurg’ gaan hun tenen krommen.

Dit boek geeft inzicht hoe bomen groeien, hoe ze (over)leven, hoe ze stormen weerstaan en hoe ze aftakelen.

Voor elke dendroloog, amateur of professional, is dit boek een echte aanrader. Ook als je geen boomverzorger bent. Naar mijn idee is dendrologie meer dan sortimentskennis en ik denk zeker dat elke (liefhebber)dendroloog naast de naam van de boom ook graag alle ins en outs wil weten van de verzorging en onderhoud van bomen. Een interessant boek dus, dat ook als naslagwerk is te gebruiken wanneer u vragen heeft over de verzorging van uw bomen in de breedste zin van het woord.

Peeters, W. (2023). Bomen beter begrijpen. Gids voor praktisch beheer. Uitgeverij Sterck & De Vreese, Gorredijk.
Prijs: € 27,50.
ISBN 978 905 615 8910

Flora Batava 1800 – 1934. De wilde planten van Nederland

Een dik boek van 912 pagina’s, voor het grootste deel bestaande uit 2240 platen waarop 2630 afbeeldingen van de wilde planten in Nederland uit de periode 1800 – 1934. Toentertijd de meest complete inventaris van de wilde flora van het land. Het is verspreid over die lange periode in delen uitgegeven en is nu in een unieke heruitgave in één dik boek bijeengebracht. Uit het grote aantal platen van deze unieke heruitgave zijn honderd iconische soorten gekozen, die op ware grootte en met de oorspronkelijke tekst zijn uitgelicht en voorzien zijn van een nieuw verhaal geschreven door een netwerk aan hedendaagse kenners en bewonderaars van planten. Een uitgebreide inleiding en een verantwoording van de facsimile-uitgave gaat vooraf aan het grootse deel van het boek: de platen. Alle planten, paddenstoelen, korstmossen en wieren zijn afgebeeld met zowel de toen gebruikelijke wetenschappelijke naam als de huidige naam. Ook de Nederlandse namen staan erbij.

Flora Batava

Een heerlijk boek is het geworden: een boek om er eens lekker voor te gaan zitten (of er af en toe een blik in te werpen) en te kijken naar de prachtige platen en om de informatieve en leuk geschreven nieuwe verhalen te lezen. Voordeel is ook dat dat de gehele Flora Batava online beschikbaar is op de website van KB, nationale bibliotheek. Al kijkend en lezend prikkelde het boek (en de website) ook wel mijn nieuwsgierigheid. Deze tijdsopname van de wilde planten in Nederland tussen 1800 en 1934 is natuurlijk heel interessant om te vergelijken met wat er is bijgekomen aan nieuwe (al dan niet invasieve) exoten. En eigenlijk ook om te zien wat er destijds aan niet-inheemse planten werd aangetroffen in het Nederlandse landschap. Destijds zijn (sier)planten in tuinen en parken in het boek buiten beschouwing gebleven, die werden terecht niet tot de wilde flora gerekend. (Kwekerscatalogi uit die tijd laten zien dat er een groot sortiment (sier-)planten uit verre oorden voorhanden was). Kijken we alleen naar de houtachtige gewassen in de Flora Batava dan zijn er naast de inheemse bomen en struiken ook enkele ‘niet Nederlandse’ bomen en struiken opgenomen die blijkbaar toen al als verwilderde en/of ingeburgerde planten werden beschouwd. Van elders in Europa zijn opgenomen de Aesculus hippocastanum, Amelanchier ovalis, Castanea sativa, Larix decidua en Picea abies. Aan bomen en struiken uit Noord-Amerika zijn opgenomen de Amelanchier lamarckii, Clethra alnifolia, Colutea arborescens, Diervilla lonicera en Rhus radicans.

Lilium bulbiferum L. 1227.

In de meeste gevallen blijken (hiervoor de plantbeschrijving op de website raadplegen) het niet algemeen verspreide soorten te zijn of zelfs soorten die maar op één enkele plek zijn aangetroffen. Bijvoorbeeld de Rhus radicans, Poison Ivy genaamd in Noord-Amerika en in het Nederlands Gifsumac, die in 1877 alleen bekend was van een buitenplaats onder Bloemendaal. Frappant is dat deze plant anno 2023 nog steeds maar op één plaats in Nederland voorkomt. Maar nu is die plek in Friesland en nog frappanter is dat deze plant, die dus maar op één plek voorkomt, op de Floron-lijst met invasieve exoten staat. Blijkbaar zit de schrik erin door de Nederlandse naam!
Kortom een geweldig mooi uitgegeven boek dat uitnodigt om gelezen en bekeken te worden. En om na te denken over hoe de flora van Nederland aan verandering onderhevig is. Niet alleen verliezen we soorten, er zijn er ook heel wat bijgekomen die onze flora verrijken sinds het laatste deel van Flora Batava verscheen in 1934. Om maar een paar bomen en struiken te noemen: Prunus serotina, Robinia pseudoacacia, Rosa rugosa, Quercus rubra, Mahonia aquifolium, diverse Cotoneaster-soorten, en ook de Ailanthus altissima.

Esther van Gelder en Norbert Peeters
Flora Batava, 2023.
Uitgeverij Lannoo, Tielt, België
ISBN 978 94 014 8666 8
Prijs: € 79, =

Woods go urban. Landscape Laboratories in Scandinavia

Een heel bijzonder boek. Een ‘must’ voor landschapsarchitecten denk ik. Maar ook boomliefhebbers, leidinggevenden in arboreta en parken en gemeentelijke groenbeheerders kunnen er veel van opsteken.

Het boek is een verslag van bijna 40 jaar werken aan en experimenteren met het landschap, een initiatief van de ‘Swedisch University of Agricultural Sciences’. Het betreft drie grote domeinen, twee in Zweden en één in Denemarken, die landschapslaboratoria worden genoemd. In de loop der jaren zijn allerlei experimenten met bomen, struiken en ondergroei uitgevoerd. Alles is zeer gedetailleerd beschreven en met tekeningen en foto’s vastgelegd. In die zin waren het echt laboratoria waarin hypothesen werden geformuleerd, omgezet in gedetailleerde aanplantingen en vervolgens (met behulp van studenten en personeel) uitgevoerd én in de loop der jaren nauwkeurig gevolgd. Dit boek zou je een groot ‘wetenschappelijk artikel’ kunnen noemen.

Het boek is prachtig geïllustreerd met een bijzonder originele lay-out. Bij het lezen heb ik vaak gedacht: ‘ik wilde dat ik dit boek had gehad toen we ons arboretum begonnen ….’ Hoe anders zou het er dan hebben uitgezien! Tegelijkertijd realiseerde ik me hoeveel menskracht de onderzoekers tot hun beschikking hadden.

Voor wie meer wil weten en zien, verwijs ik graag naar internet. Daar vond ik ook een Nederlandse samenvatting die ik graag met u wil delen. ‘In Scandinavië groeit het stadsbos van de toekomst. Ruim 30 jaar geleden ontstonden hier 3 landschapslaboratoria die ruimte boden aan experimenten met een alternatieve ontwikkeling van bos. Een aanpak waarbij hands-on design wordt gecombineerd met creatief onderhoud en met interactief onderwijs, onderzoek en bewonersparticipatie’.

Wat ik wel gemist heb, is het onderwerp biodiversiteit. Nergens kwam ik tegen dat een bepaalde manier van aanplanten bedoeld was ter bevordering van de biodiversiteit.

En dan bedoel ik niet alleen biodiversiteit van planten maar ook van dieren: insecten, vogels, zoogdieren etc. Maar wie weet wordt/is dat tegenwoordig wel een optie bij het ontwerpen en uitvoeren van nieuwe landschapsexperimenten.

Nielsen, A.B., Diedrich, L & Szanto, C., red. (2023). Woods go urban. Landscape Laboratories in Scandinavia. Uitgeverij Blauwdruk, Wageningen.
Prijs: € 39,50.
ISBN 978 94 924743 650