Categorie archieven: Arbor Vitae

De populier. Onze volksboom in nieuw perspectief

Wat een leuk en interessant boek. Nooit geweten dat er zoveel wetenswaardigheden te vertellen zijn over de populier. Het is een heel bijzonder boek geworden. Wat heeft Wim Huijser, de schrijver, namelijk gedaan? Behalve zijn eigen bijdrage heeft hij gesproken met in totaal 32 mensen die ‘iets’ met de populier ‘hebben’. In de neerslag van die gesprekken heeft hij niet als verteller op willen treden, maar heeft hij zijn gesprekspartners zoveel mogelijk ruimte gegeven om hun fascinatie, kennis en vakbekwaamheid te delen. Het zijn prettig leesbare interviews geworden met een enorm gevarieerd gezelschap interessante mensen. Van een natuurfotograaf tot een maker van uitvaartkisten, van een Wageningse wetenschapper-taxonoom tot een kunstenaar-beeldhouwer, van een architect tot een botenbouwer, van een klompenmaker tot een boomrooier en nog veel meer. Ook Job Wittens, die in de vorige AV uitgebreid schreef over peppelhout (Arbor Vitae 27, 2017, p 26-28), komt uitgebreid aan het woord. Tussen de hoofdstukken vinden we telkens een ‘intermezzo’ van de hand van de schrijver, in totaal 26. Korte informatieve verhaaltjes en weetjes rond het thema ‘populier’.
De titels van de verschillende hoofdstukken dekken aardig de inhoud: Typologie van de populier; Teelt; Onderzoek; Kweek; Bos- en laanontwerp; Aanplant en educatie; Perspectief; Beheer; Dynamiek; Ambitie; Beweging; Hout als product; Handel; Exploitatie; Ketenregie; Kapverzet; Behoud; Onderhoud; Inspiratie; Kap; Verwerking; Ontwerp; Bouw; Kringloop; Kansen; Beeldende kunst; Innovaties en Economie. Elk hoofdstuk is apart te lezen.
U begrijpt het al, een boek dat ik van harte aan kan bevelen. Het is goed en makkelijk leesbaar geschreven Heel informatief zowel voor de deskundige als de liefhebber dendroloog, of zoals op de achterflap staat: ‘Interessant voor bomenliefhebbers en vakmensen.’

Huijser, Wim (2017). De Populier. Onze volksboom in nieuw perspectief. 256 p. KNNV uitgeverij, Zeist. € 24,95. ISBN 978 90 5011 6251.

De magie van Tuinieren

Een e-mail van de auteur Wim Paul van der Ploeg of ik zijn nieuwe boek over tuinieren zou kunnen bespreken voor Arbor Vitae. Natuurlijk wilde ik dat, tuinieren is altijd leuk en vast ook voor veel lezers van AV. Met belangstelling wachtte ik dus de Franse postbode af.
Toen het kwam, gauw open gemaakt. Een begeleidend briefje van de auteur met onder andere de vraag ‘ik ben bijzonder benieuwd naar uw ervaring’. Het boek ziet er fraai uit, harde kaft, veel foto’s. Natuurlijk ga ik dan direct bladeren, foto’s kijken en stukjes lezen. Ik kom er vrijwel direct achter dat dit een heel ander boek over tuinieren is dan ik me had voorgesteld. En dan zie ik pas de ondertitel van het boek ‘Een cadeau voor hart en ziel’. Het voorwoord van de auteur valt met de deur in huis: ‘De magie van tuinieren is een beschouwend, spiritueel geïnspireerd boek over de onzichtbare, magische aspecten van tuinieren. Het is geen praktische handleiding voor je tuin, maar het gaat wel over werken in je tuin. Ik laat je ervaren wat het is om in je tuin te werken vanuit zijn en niet vanuit doen. De magie van tuinieren heb ik geschreven omdat ik je graag de diepere laag van tuinieren wil meegeven.’
Ik ben verbaasd, en ook wat teleurgesteld. Dat is niet echt mijn ‘pakkie an’. Maar tegelijkertijd realiseer ik me dat er ontzettend veel mensen zijn die zo’n benadering juist heel prettig en stimulerend zullen vinden. Met dat in gedachten ga ik verder met het boek bekijken en doorbladeren. Echt helemaal lezen is er voor mij niet bij.
Het boek omvat tien hoofdstukken: 1. Kijken, waarnemen, zien; 2. Dromen, fantaseren, visualiseren; 3. Voorbereiden en plannen; 4. Beginnen en doen; 5. Obstakels overwinnen; 6. Grond om te groeien; 7. Bewustwording; 8. Transformatie; 9. De magie; 10. Nazorg. In alle hoofdstukken komen filosofische wensen en gedachten van de auteur duidelijk naar voren. Ze nemen visueel zelfs een prominente plaats in. Ik noem wat willekeurige voorbeelden. ‘Leer genieten, gevoelig zijn, stilstaan en waarnemen, en steeds weer met aandacht bij je tuin en bij jezelf zijn.’(p. 10); ‘Waarnemen vanuit de ziel is de ervaring van de verbinding met alles wat er is. Het is luisteren naar je bovenste binnenste.’(p. 29); ‘De beweging van de ziel is vrij van gedachten, patronen of verklaringen. De beweging van de ziel is en doet. Ze doet zonder te doen, het gebeurt als vanzelf.’ (p.167) en ‘Succesvol tuinieren is een combinatie van leiden en loslaten. Het is een kwestie van balans, net als bij paardrijden.’ (p. 234).
Dit boek is niet echt mijn stijl en het heeft mij niet hetzelfde gebracht als Modeste Herwig die een voorwoord schreef. Zij schrijft: ‘Dit boek nodigt uit om je eigen tuin […] door een andere bril te bekijken. Een filosofische bril, een spirituele bril, een bril die je intens leert observeren. … Tuinieren en spiritualiteit: wat mij betreft een perfecte combinatie. … Wim Paul heeft mij met dit boek inspiratie gegeven om anders naar mijn eigen tuin te kijken en nog meer te genieten van de magie van de natuur.’ Hoewel dat voor mijzelf niet geldt, denk ik dat veel mensen het met Modeste Herwig eens zullen zijn en inspiratie opdoen met dit boek.

W.P. van der Ploeg (2017). De magie van Tuinieren. Ananda Art Uitgeverij, Arnhem. € 34,95. ISBN 978 90 826909 0 3.

Over korstmossen, nestkasten en een landgoed in Zuid-Afrika

Af en toe krijg ik een mailtje van de KNNV uitgeverij met nieuwe titels van boeken die zijn verschenen. Een paar maanden geleden zag ik een aantal titels die me interessant leken om te bespreken in Arbor Vitae.

Korstmossen
Allereerst de Veldgids Korstmossen. Mogelijk interessant voor dendrologen aangezien stam en takken van bomen en struiken in meer of mindere mate bedekt zijn met korstmossen. Een schitterend boek. Het behandelt alle 650 Nederlandse soorten, waarvan ruim 400 uitgebreid worden behandeld en afgebeeld met duidelijk herkenbare foto’s. Het boek beoogt herkenning in het veld, maar daarnaast is er gedegen info vooraf.
In de eerste hoofdstukken komen allerlei fundamentele zaken aan de orde. Bijvoorbeeld: wat is een korstmos? Verschil met mos, alg en schimmel. Taxonomie en nomenclatuur, gebruik van korstmossen, vorm en kenmerken, korstmossenstudie, ecologie (substraattypen: op steen, op de grond, op bomen), bedreiging en verandering (luchtverontreiniging met zwaveldioxide en met ammoniak, klimaatverandering). Het is een prachtig boek, fraai uitgegeven en voor de liefhebber zeker een sieraad in de boekenkast. Voor wie het nog niet wist: een korstmos is (ik citeer): ‘een dubbelwezentje bestaande uit een alg en/of blauwwier én een schimmel. Deze leven nauw verstrengeld met elkaar. […] Een dergelijk samenlevingsverband van verschillende organismen met wederzijds voordeel heet mutualistische symbiose. De alg en/of de blauwwier zorgen voor de suikers door fotosynthese, de schimmel zorgt voor bescherming tegen uitdrogen, UV-straling en vraat.’ (p. 10)
K. van Herk, A. Aptroot & L. Sparrius (2018). Veldgids Korstmossen. KNNV Uitg., Zeist. 400 p., € 42,95. ISBN 978 905 0116 428

Nestkasten
Het tweede boek is iets heel anders en heeft als titel Natuurlijke nestkasten met als ondertitel 25 eenvoudige projecten met gevonden hout en natuurlijke materialen. Samen dekken deze titels goed de inhoud van het boekje. Het is echt een ‘knutselboek’ voor volwassenen die bijzondere, originele nestkasten voor vogels en vleermuizen willen maken. Niet alleen dat, ook pindavoederhuisje, hommelkastje, plantenkweekbak en vetblokhuisje worden behandeld. De lokkende achterflaptekst spreekt over ‘een creatieve natuurgids voor liefhebbers van tuindieren’ en verder ‘met werktekeningen en stap-voor-stapfoto’s voor 25 eenvoudige ontwerpen om huisjes, voedersilo’s, vleermuiskasten en bijenhuisjes te maken met materialen die je in je eigen omgeving kunt vinden’. Naar mijn idee een prachtig boek voor grootouder-dendrologen om samen met hun kleinkind iets creatiefs voor in hun tuin of arboretum te maken.
A. & M. Fisher (2018), Natuurlijke nestkasten. KNNV Uitg., Zeist. 128 p., € 19,95. ISBN 978 905 0116 206

Zuid-Afrika
Het derde boek heeft als titel Bergplaas en is geschreven door Irene van Lippe-Biesterfeld (oftewel prinses Irene). Nu ‘kende’ ik prinses Irene van ‘praten met bomen’ (of zoiets) en dat is niet bepaald iets dat me aanspreekt. Maar de uitgever sprak over de ontwikkeling van een groot landgoed in Zuid-Afrika. En dat leek me interessant en boeiend om te lezen en dus vroeg ik het aan. Het is een interessant boek om een aantal redenen. Het is een heel persoonlijk verhaal en gaat over een gebied van ruim 5000 ha (!) in de halfwoestijn de Karoo, midden in Zuid-Afrika. Gepoogd is de oorspronkelijke natuur te herstellen door het weer invoeren van verschillende diersoorten maar ook werden er cursussen gegeven voor rangers/gidsen van wildparken om meer in contact te komen met de natuur en dat vervolgens over te brengen aan toeristen die ze begeleiden als gids in natuurparken. De cursus heet ‘Spirit of the Wild’ oftewel ‘Geest van de Wildernis’. Door deze cursus kunnen gidsen leren ‘hoe bezoekers aan de parken dieper in contact te brengen met de ziel of geest van de natuur’ (p. 83). De belevenissen met de cursussen en cursisten spelen een belangrijke rol in het boek. De cursus werd vervolgens ook aangeboden aan ‘gewone mensen’ die het konden betalen om zoiets te gaan volgen in Zuid-Afrika. Tussendoor geeft prinses Irene allerlei filosofische gedachten en ideeën. Dat is een aspect van het boek dat mij minder aanspreekt, maar ik weet dat veel mensen dit boeiend en aantrekkelijk vinden. Mij boeide meer alle belevenissen met het ontwikkelen van het landgoed, de bouw en restauratie van gebouwen en het introduceren van allerlei dieren. Het deed me enigszins denken aan eigen ervaringen met ons stukje land hier in Frankrijk. Al met al vond ik het interessant om te lezen, al moet me nog van het hart dat ik niet goed begrijp waarom juist Claudia de Breij een voorwoord moest schrijven.
I. van Lippe-Biesterveld (2018). Bergplaas. KNNV Uitg., Zeist. 180 p., € 17,95. ISBN 978 905 0116 404