Pootrechten in Meierijstad

Meierijstad is een nieuwe gemeente, per 1 januari 2017 ontstaan uit de vroegere gemeenten Sint-Oedenrode, Schijndel en Veghel. Met een oppervlakte van 185,5 vierkante kilometer is het de grootste gemeente van Brabant. De naam refereert aan de oude Meierij van Den Bosch, grofweg het gebied tussen Den Bosch, Tilburg en Eindhoven.

Historie
Vanaf de 12e eeuw vond in Brabant grootschalige ontbossing plaats waardoor schaarste ontstond aan hout. De Hertogen van Brabant gaven vanaf 1396 ter compensatie pootrechten uit aan eigenaren van ontgonnen percelen (bos of heide). Als eigenaar van zo’n ontginningsperceel kregen zij het recht in de strook langs de openbare weg die grensde aan hun perceel bomen en ander houtgewas aan te planten, de vruchten daarvan te trekken en het gewas door een ander te vervangen. Na de introductie van het Burgerlijk Wetboek (1838) zijn er geen pootrechten meer uitgegeven. Pootrechten zijn daarmee onlosmakelijk verbonden met de ontginningsgeschiedenis van Brabant en een belangrijk cultuurhistorisch fenomeen.
Aanvankelijk werd in de zogenaamde pootstroken geriefhout aangeplant; inheemse houtsoorten die geschikt waren voor allerlei gebruiksdoeleinden (timmerhout, stookhout, gereedschap). Het nadeel was dat die gewassen vaak lang moesten groeien voor een acceptabele opbrengst. In de 18e eeuw werd de populier geïntroduceerd. En daarmee ontstond snel een kentering in de aanplant. De populier leverde immers in korte tijd een hoge houtopbrengst van goede kwaliteit. Daarmee werd de populier vrij snel een veel toegepaste soort, niet alleen in de pootstroken maar ook op kavelgrenzen en in populierenweides en -bossen. Zo ontstond een door populieren gedomineerd coulissenlandschap, het zogenaamde ‘populierenlandschap’. Vanwege de grote verschillen in leeftijd en de vele verschillende soorten, kenmerkt dit landschapstype zich door een ongekende dynamiek.

Pootrechtenkaart
Pootrechtenkaart

Ruilverkavelingen
Onder andere door ruilverkavelingen heeft dit unieke landschap aan waarde ingeboet. In Meierijstad waren daar twee ruilverkaveling debet aan: Leijgraaf (ca 1958-1980) en Sint-Oedenrode (1987-2005). In de eerstgenoemde (ten noordoosten van de Zuid-Willemsvaart) zijn pootrechten op grote schaal afgekocht door de Landinrichtingsdienst. Voorpootbomen, veelal populieren, zijn op grote schaal gerooid. Bij de herbeplanting van de resterende wegen werd terug gegrepen naar de oorspronkelijke houtachtige vegetatie zoals eik, berk en es. In dit gebied is het coulissenlandschap nu nog zeer beperkt aanwezig. De dynamiek van het populierenlandschap maakte plaats voor een veel statischer landschap, waarin veel houtopstanden van dezelfde leeftijd het beeld bepalen.
In de recente ruilverkaveling Sint-Oedenrode (ten zuidwesten van de Zuid-Willemsvaart) zijn pootrechten nadrukkelijk erkend als cultuurhistorisch fenomeen. Pootrechten zijn hier kadastraal vastgelegd en bij de herverkaveling en perceelvergroting bewaard gebleven, nog steeds gekoppeld aan de oude perceelgrenzen.
Vanwege de gedaalde handelswaarde, maar ook door een veranderende bevolkingssamenstelling van het platteland, daalde de interesse voor de aanplant van populieren. Het effect was dat pootrechthouders ook andere boomsoorten gingen toepassen, soms soorten die niets met het oorspronkelijke landschap van doen hadden, zoals bruine beuk, sierkers en bolvormen. Ook werden pootrechten niet altijd meer gebruikt. Het populierenlandschap onderging daardoor een metamorfose en een deel van de landschappelijke dynamiek is helaas verdwenen. De herkenbaarheid van het pootrecht is echter blijven bestaan.

De dynamiek van het populierenlandschap in relatie met het pootrecht
De dynamiek van het populierenlandschap in relatie met het pootrecht

Beleid Meierijstad
Het stimuleren van het gebruik van het pootrecht vormt vanuit cultuurhistorisch oogpunt daarom een belangrijk aandachtspunt voor Meierijstad. Het is niet vanzelfsprekend dat overal de populier zal terugkeren. Hoewel dat vanuit landschappelijk oogpunt wenselijk is, kan dat niet worden verplicht. De gemeente kan echter sturen en faciliteren, bijvoorbeeld door het beschikbaar stellen van plantmateriaal, zoals dat in Schijndel de afgelopen jaren actief beleid was. Daar waar pootrechten verdwenen, plant de gemeente actief populieren aan om de ontginningsgeschiedenis van het gebied zichtbaar en levendig te houden. Hierbij wordt rekening gehouden met oude, mogelijk verdwenen kavelgrenzen, waaraan de oorspronkelijke pootrechten gekoppeld waren. Het gebruik van de populier als herkenbare en onderscheidende boomsoort ligt voor de hand.
Het wegbeheer is een belemmerende factor bij het aanplanten van populieren langs openbare wegen. Populieren staan bekend om de schade die ze door wortelopdruk kunnen veroorzaken aan het wegdek. Herstel daarvan is kostbaar en gaat vaak ten koste van de vitaliteit of stabiliteit van de bomen. Bij de aanplant van bomen of bij een eventuele reconstructie van de weg is dit een punt van aandacht. Een goede constructie, gecombineerd met een goede plantplaats en een goede soortkeuze, voorkomt veel schade en daarmee hoge beheerkosten.

Wim Bekkers is beleidsmedewerker groen bij de gemeente Meierijstad.

Geef een reactie