Na een impressie van de ernstige wereldproblematiek met invasieve boomsoorten in Arbor Vitae 1 uit 2021 komt in deze bijdrage de gang van zaken in Europa aan de orde. Europese regelgeving is daarbij sterk bepalend, maar houdt tot nu toe onvoldoende rekening met grote regionale klimaatverschillen.
Verwildering en overleving
Terwijl in ons land al lang geworsteld werd met Prunus serotina, de Amerikaanse vogelkers ofwel de bospest, herinner ik me nog goed mijn ervaring met de verwilderde Buddleja davidii. Tot in de jaren zestig van de vorige eeuw was er in Londen zo vaak smog dat het verhaal de ronde deed dat eigenlijk alleen de Plataan het in Londen nog uithield. Groot was mijn verwondering toen ik in 1969 met de trein Liverpoolstreet Station binnenreed, waar ik op de pikzwarte muren Buddleja’s zag groeien. Hoe slaagden die erin om daar te overleven? Beide genoemde soorten zijn echte survivors die zich goed weten aan te passen aan de plaatselijke groeiomstandigheden. Een schril contrast met soorten die juist de optimale niches nodig hebben om überhaupt te kunnen overleven. Ook al verwildert Buddleja davidii ook in ons land op veel plaatsen, de heester staat op dit moment nog niet op de Europese lijst.
Risico-evaluatie invasieve soorten
De Europese verordening betreffende invasieve, uitheemse soorten (EU-exotenverordening 1143/201) is van kracht sinds 1 januari 2015. In deze verordening staan regels om de nadelige gevolgen van zorgwekkende invasieve uitheemse soorten voor de biodiversiteit in de Europese Unie te voorkomen, tot een minimum te herleiden en te matigen. Of sprake is van een zorgwekkende toestand wordt bepaald na een risico-evaluatie die gebeurt volgens objectieve criteria. Die wetenschappelijke onderzoeken gebeuren doorgaans door de lidstaten, al kan ook de Europese Commissie er werk van maken. Met soorten die op de lijst staan, mag men onder andere geen handel drijven of kweken. In tuinen en openbaar groen mogen ze nog wel blijven staan. Verder geldt voor lidstaten de plicht om in de natuur aanwezige populaties op te sporen en te verwijderen. En als dat niet lukt om de populatie zodanig te beheren dat verspreiding en schade zoveel mogelijk wordt voorkomen.
Regionaal of Europees probleem?
Van de drie heesters en bomen die op dit moment op de lijst staan is de Hemelboom, Ailanthus altissima, de belangrijkste. De twee overige zijn Acacia saligna en Lespedeza cuneata. In de komende jaren zal de lijst regelmatig worden uitgebreid. Als in twee lidstaten een soort een probleem vormt, kunnen ze dit bij de EU aanhangig maken en volgt een onderzoek. In België wordt bijvoorbeeld Buddleja davidii al als invasief beschouwd dus wie weet wat ons nog te wachten staat. Het lijkt echter onwaarschijnlijk dat dit het einde van deze populaire tuinheester zou betekenen. Planten komen eerst op een risicolijst. In die fase kunnen lidstaten het economisch belang te berde brengen.
Diverse Europese landen hebben lijsten met invasieve boomsoorten. De volgende vijf soorten worden algemeen als bedreigend voor de bosbouw gezien: vederesdoorn/" 6216 target="_blank">Acer negundo, Ailanthus altissima, Prunus serotina, Quercus rubra en Robinia pseudoacacia. Veel problemen met invasieve soorten zijn vrij regionaal en ieder land kan daar zelf maatregelen voor treffen. Zoals een importverbod. Het blijft problematisch als zo’n regionaal probleem door plaatsing op de Europese lijst wordt uitvergroot.