Als socioloog ben ik nou niet de eerst aangewezen persoon om hier inhoudelijk dendrologische of botanische verhandelingen te schrijven. Maar ik ben nieuwsgierig en loop inmiddels al vele jaren stad en land af op zoek naar mooie en/of interessante bomen. Deze nieuwsgierigheid bracht me onder meer naar de grootste boom ter wereld in Oaxaca in Mexico. En uiteraard naar meerdere Sequoiadendron giganteum in Californië. Op zoek naar de grootste Taxodium distichum in St. Francisville in Louisiana werd ik helaas gestuit door de waterstand die zo hoog was dat benadering van de boom niet mogelijk was.
Dicht bij huis tref je niet van dat soort spectaculaire bomen, maar er zijn zeker mooie en bijzondere bomen, die mijn nieuws- en/of weetgierigheid nog meer prikkelen. Mijn nieuwsgierigheid naar bomen werd voor het eerst geprikkeld door het boek “Monumentale bomen in Europa” van Jeroen Pater, dat hij in 2006 liet verschijnen. Ik had er geen idee van dat bomen zo mooi konden zijn en zo oud konden worden als de bomen die hij beschrijft. In mijn onwetendheid ging ik op zoek naar soortgelijke bomen in Nederland. Uiteraard zocht ik ook op internet, maar dat was op het gebied van beschrijving en registratie nog niet zo ontwikkeld als het nu is. Uiteraard trof ik ze wel in Engeland, Duitsland en Frankrijk.
Toen ik eenmaal een redelijk beeld had van wat Nederland op het gebied van monumentale (dikke?) bomen te bieden had, trokken steeds meer boomsoorten die niet van nature in Nederland te vinden zijn mijn aandacht. Het is grappig dat ik uitgerekend in Zuid-Holland veel bijzondere bomen tegenkom. Komt dat omdat juist Simon Doorenbos en Dick van Hoey Smith hier hun thuisbasis hadden? Je zou het bijna denken. Beiden zijn belangrijk geweest voor de oprichting en ontwikkeling van de NDV en beiden zijn actief geweest in gemeentelijke kringen in Den Haag en Rotterdam en beiden waren actieve vormgevers van een arboretum. Trompenburg is als thuisbasis van Dick van Hoey Smith natuurlijk zeer bekend. Ik heb de indruk dat de bekendheid van het arboretum (voorheen landengebied) Zuiderpark in Den Haag pas recent is ontstaan.
Toen ik mijn jaarlijkse verkenningen van het Zuiderpark begon, had ik nog niet zo veel respect voor dit park. Het was in mijn ogen nog te jong, want aangelegd in de 30’er jaren van de 20e eeuw. En als Randstedeling associeerde ik het Zuiderpark in Den Haag vooral met voetbal, als de thuisbasis van ADO. Maar gaandeweg ben ik gaan beseffen dat het landengebied zeer interessant is en dat er pareltjes in het park staan. Eén zo’n parel is de Amoer-kurkboom oftewel Phellodendron amurense. De Standaardlijst Nederlandse namen van cultuurplanten 2020, geeft Mantsjoerijse kurkboom als alternatieve benaming aan. Toen ik de boom voor het eerst zag, had ik nog niet door dat het om een Phellodendron ging, omdat namenbordjes in het Zuiderpark vrijwel ontbreken.
Uiteraard zoek ik altijd en overal bijzondere exemplaren van Phellodendron. Zo staat de dikste geregistreerde in Europa in Mariemont, in Henegouwen. Die ben ik als eerste gaan bezoeken. Van de bomen die ik aantref, blijkt dat ze op zijn mooist zijn als ze ergens vrij in een park staan. Dat is het geval in Mariemont en het Zuiderpark, maar ook in het Adegeestpark in Voorschoten en op Landgoed Avegoor in Ellecom. In die gevallen waaiert de kroon breed uit, waardoor zijn schoonheid goed tot zijn recht komt. Maar ook de schors van de boom is bijzonder. Het is niet te vergelijken met de kurk van de Quercus suber, de Kurkeik, maar mooi om te zien. Daar waar de boom minder de ruimte heeft, valt hij wat tegen. Juist de mogelijkheid om zo’n brede kroon te vormen, geeft hem een speciale uitstraling. Wat hem ook aantrekkelijk maakt is de mooie, gele herfstkleur. Ik heb foto’s van de Kurkboom in het Zuiderpark sinds 2014, maar tot mijn verrassing moest ik voor een foto van de gele herfstkleur uitwijken naar de boom in Voorschoten!
De Phellodendron amurense heeft zijn oorsprong in de vallei van de Amoer, de grensrivier tussen Rusland en het Chinese Mantsjoerije. De boom is in 1856 ingevoerd in Europa. De boom behoort tot de Rutaceae, de wijnruitfamilie. In het Zuiderpark staat ook een ander bijzonder exemplaar van deze familie: de Tetradium daniellii, de Bijenboom.
Na dit positieve verhaal moet ik toch ook een grote ergernis kwijt. Ik heb de boom voor het laatst in juni 2021 bezocht. Toen bleek dat een vandaal een enorm grote verfklodder op de stam had uitgesmeerd. Ik had eerder dit soort vandalisme op één van mijn lievelingsbomen rond de Paauw in Wassenaar gezien. Maar ik kom het helaas steeds vaker tegen. Bij sommigen is er weinig respect voor andermans eigendom of liefde.