Inleiding
De camping Grimbergen was uitstekend. Bij de ingang bloeiende Catalpa, C. bignonioides (C. bign.) en C. speciosa door elkaar. Ook deze excursie natuurlijk weer discussie hierover: Wat zijn nu de verschillen tussen die twee? Volgens ons blijft over het algemeen C. speciosa qua vorm smaller dan C. bign. Hoogte van C. bign. tot 18 m, C. speciosa tot 40 m. Beide hoogten alleen voorkomend in het land van herkomst, N-Amerika. De opstaande bloeiwijze (pluimen) zijn van C. bign. tot 20 cm lang en redelijk regelmatig van opbouw. Die van C. speciosa slechts tot 15 cm en rommeliger. Daarbij hebben de bloemen van C. bign. mooie donkere paarskleurige macules. De macule van de bloempjes van C. speciosa is geelachtig.
Aziatisch gedeelte van Arboretum van Tervuren
Dezelfde avond vertrokken wij voor een eerste bezoek aan het Aziatische gedeelte van het Arboretum van Tervuren. Hier zagen we grote bomen van o.a. Abies homolepis, de stompe naalden kamvormig geplaatst, onderzijde van de naalden met 2 brede witte strepen. Tsuga diversifolia met behaarde twijgen, stompe knoppen en niet glanzende naalden. Tsuga sieboldii met kale geelbruine twijgen en spitse roodachtige knoppen, naalden donker glimmend groen met aan de onderzijde twee helder blauwwitte strepen. Verder een Acer palmatum, maar hier met een stamomvang van 1,45m! Styrax obassia, een grote ‘boom’ met grote bladeren, rondovaal, plotseling toegespitst, onregelmatig getand, bloemen in tot 20cm lange trossen, maar hier natuurlijk al in het zaad (stamomvang 70 cm).
Nationale Plantentuin van België te Meise
Zaterdag morgen – regen – een bezoek aan de zeer fraaie Nationale Plantentuin van België te Meise. Daar kunnen wij Nederlanders toch mooi een puntje aan zuigen. Goed verzorgd en uitstekend geëtiketteerd. Ca 92 ha genieten! Hier: Cercis canadensis ‘Forest Pancy’ met een stamomvang op ca 40 cm hoogte van
een kleine meter! Grote paarsrode bladeren. Een mooie goed gevormde nog jonge boom van Juglans regia ‘Laciniata’. Alnus glutinosa ‘Crataegifolia’, hier als ‘Incisa’ benaamd. Een ‘Incisa’ heeft echter een enkelvoudig ’nothofagus-achtig’ blaadje. Hier was het blad ook erg klein maar bijna samengesteld. De heer Decalut benaamde deze els, de dag erop, als ‘Crataegifolia’. Verder een niet al te hoge Toona sinensis, maar wel met enorme bloeitrossen, zeer zware struiken van Acer tataricum subsp. semenovii en Acer tataricum subsp. aidzuense. Verder Pterocarya ×rhederiana (3,47 m), een kruising tussen P. stenoptera en P. fraxinifolia, Pterocarya fraxinifolia var. dumosa, in alle delen kleiner dan de soort.
Amerikaans gedeelte van Arboretum Tervuren
Zaterdagmiddag een bezoek aan het Amerikaanse gedeelte van het Geografisch Arboretum Tervuren. Acer circinatum, overal en soms zeer groot en breed. Tsuga heterophylla met een stamomvang van, 3,24 m. Picea sitchensis 3,03 m stamomvang. Prikt! Tsuga mertensiana, mooi blauwgrijs van kleur, stam 2,06 m. Acer macrophyllum met de bekende zeer grote en diep ingesneden baderen. Abies grandis, 4,18 m. Nothofagus betuloides 1,12 m. Sequoiadendron giganteum 5,25 m. Een van de streepjesbast-esdoorns: Acer rufinerve met oestkleurige beharing op de nerven en twee goed uitstaande lobben en tot slot Pinus ponderosa met een stamvang 2,71 m.
Hof ter Saksen
Zondagmorgen richting Hof ter Saksen te Beveren-Waas. Parthenocissus tricuspidata ‘Lowii’, een wilde Wingerd met het kleinste blad. Heel sierlijk en een snelle groeier. Betula davurica met een zeer ruwe ‘Betula nigra stam’, maar dan in grijs! Calycanthus occidentalis, grote grove struik met ook grote bloemen. Populus wilsonii, zeer groot blad, vormt een mooiere boom dan P. lasiocarpa. Salix magnifica met groot blad, grote paarse knoppen en paarse twijgen. Ook Salix moupinensis met bordeaurode knoppen en donker olijfgroene twijgen. Juglans ailantifolia var. cordiformis, grote bladeren, kleverige behaarde noten, de echte nootjes zijn klein en hartvormig. Quercus phellos ‘Latifolia’, een ‘phellos’ met wat breder en glimmend blad. Fagus sylvatica ‘Atropunicea’ met een omtrek van 7,36 m!! Quercus petraea ‘Laciniata Crispa’ met blad dat soms alleen een nerf is. Fagus sylvatica ‘Luteo Variegata’ een felgeelbonte beuk! Leycesteria formosa, een halfheester met groene,
holle twijgen, blad eirond, gaafrandig, aan waterloten echter vaak diep ingesneden, bloemen in hangende schijnaren met grote paarse schutbladen, bloei juli/augustus. En tot slot Berberis jamesiana uit Yunnan, een hoge bladverliezende struik met tijdens ons bezoek licht, kanariegele tot oranje bloeiwijze in lange trossen.
Tuin en kwekerij van de heer Decalut in Waasland
Enkele opvallende gewassen hier waren: Cladastris platycarpa met een stammetje van 77 cm, Lindera obtusiloba, lijkt leerachtig blad te hebben, vrij groot, mooi gaafrandig met soms twee tot drie lobben. Sinocalycanthus chinensis uit China, met grote bladeren en forse magnolia-achtige witte bloemen. Emmenopterys henryi uit het zuiden van China. Geïntroduceerd in Europa in 1907 en voor het eerst in Europa bloeiend in 1971 in de tuin van Villa Taranto in Italië. Er staat een mooie foto van de bloeiwijze op de site van deze Italiaanse tuin. Stewartia pseudocamellia uit Japan. Een grote struik, blad 3-8 cm, wijd gezaagd, witte bloemen met oranje helmknoppen. Door Von Siebold naar ons land meegenomen in 1860. En tot slot Platycarya strobilacea met een vreemde bloeiwijze: Vrouwelijke kleine kat opstaand tussen verscheidene langere, mannelijke, ook opstaande katten. De vrouwelijke kat blijft over (zoals altijd) en dan in de kleur donker paarsrood.
Het was een uitstekend weekeinde, ondanks het niet zo ideale weer. Alle dank aan de organisator: Jaap Smit.
Geschreven door: Cees van der Linden en Hans van Selm