Inleiding
In het kader van het eeuwfeest van de Koninklijke Nederlandse Bosbouwkundige Vereniging (KNBV) leek het een goed idee om een gezamenlijke bijeenkomst van KNBV en NDV te organiseren. Doorn met het Von Gimborn Arboretum leek daarvoor een geschikte locatie. Maar naarmate de dag, zaterdag 12 juni, naderde werd duidelijk dat de bosbouwers het zouden laten afweten. Uiteindelijk waren er onder de 46 deelnemers slechts 3 bosbouwers.
Introductie Hector de Beaufort
De deelnemers werden welkom geheten door Hector de Beaufort, voorzitter van de Stichting Von Gimborn Arboretum. Hij kon mededelen dat de Stichting nu officieel eigenaar van het arboretum is. De stichting realiseert zich terdege dat het heel belangrijk is dat het arboretum behouden is en dat alles in het werk moet worden gesteld om de verzameling voor de toekomst te bewaren. Aangezien de directeur van Huis Doorn, het te bezoeken middagobject, op het laatste moment verhinderd was, sprak hij als bestuurlid van Huis Doorn ook even over de renovatieplannen van het landgoed, waar ook een pinetum deel van uitmaakt.
Rondleiding Von Gimborn Arboretum
Na enkele woorden van Wilbert Hetterscheid, directeur van het arboretum, ging men in twee groepen onder leiding van Wim Wildschut en ondergetekende het arboretum in voor een bijna twee uur durende rondgang. In dit plantenmekka zijn zoveel highlights dat het te ver voert om daar een volledige opsomming van te geven. Fraai in bloei waren de Sneeuwvlokjesbomen Chionanthus retusus en C. virginicus. De eerste met eindstandige, de tweede met okselstandige bloeiwijzen. Styrax japonica begon juist te bloeien. Jammer dat deze heester, die bloeit na de hoofdmoot van voorjaarsbloeiers, zo weinig bekend is. Fraai in bloei ook Robinia slavinii ‘Hillieri’ met licht paarsroze bloemen. Een trekpleister was de kruising van de twee Liriodendronsoorten, met opvallende oranje bloemen en al rijk bloeiend op jeugdige leeftijd. Een aparte verschijning waren ook de grootbladige Magnolia hypoleuca en M. tripetala. Vooral de laatste bloeide uitbundig met nog veel knoppen te gaan. De eerste trekt toch vooral de aandacht met zijn heerlijke geur. Van een aantal tweehuizige esdoornsoorten zijn er groepen, o.a. van de in Japan zeldzame Acer pycnanthum. Evenals van zijn Amerikaanse verwant, Acer rubrum, rijpen de zaden al eind mei en ze kunnen daarna direct kiemen. Opvallend waren de grote bronskleurige vruchttrossen van Acer henryi. Al jaren zijn de meerstammige Pterocarya echte eyecatchers. Vooral P. rehderiana is een indrukwekkend pronkstuk. Acer platanoides ‘Drummondii’ liet zien dat het niet echt een stabiele bontbladige is, maar Aesculus carnea ‘Aureomarginata’ bakt er helemaal niets van. Aan diverse eenjarige twijgen was de terugslag naar groen aan de bladeren te zien. Twee uur is niet genoeg om Von Gimborn echt te bekijken. Els Doek en Tonny van der Plank maanden de rondleiders om kwart voor één om toch snel met hun groep naar voren te komen, want het was hoog tijd voor de lunch.
Pinetum van Huis Doorn
Na de lunch volgde een bezoek aan het pinetum van Huis Doorn. We werden verwelkomd door Frans van den Berg die, geassisteerd door Wim Wildschut, bezig is met een inventarisatie van de verzameling. De bomen zijn genummerd en er was een lijst beschikbaar met de namen. Eventuele correcties werden zeer op prijs gesteld. Al snel was men in groepen zeer intensief bezig en bleek het een zeer leerzame gezamenlijke activiteit. De jeugdige afvaardiging van de KNBV viel op door hun enthousiasme, maar het blijft jammer dat de KNBV niet met meer leden vertegenwoordigd was.
Geschreven door: Piet de Jong