Van 7 tot en met 9 oktober vond de NDV excursie naar diverse Belgische arboreta plaats, waaraan 31 personen deelnamen. Op vrijdag zijn Domein Hemelrijk in Essen en Arboretum Het Leen in Eeklo bezocht, zaterdag Domein Herkenrode met arboretum Wespelaar en op zondag privé arboretum Kreftenbroeck ten zuiden van Brussel en collectietuin De Kleine Boerderij in Merksplas.
Domein Hemelrijk is 108 ha groot, deels agrarisch, deels botanisch. Omdat het terrein oorspronkelijk werd gebruikt voor de turfwinning, zijn er veel rechte lijnen terug te vinden. Dit waren kanaaltjes voor de drooglegging en het vervoer van de turf. Toen familie de Belder in 1960 het domein kocht, werd 30 hectare ingericht als kwekerij van Hamamelis en Rododendron, de rest was nog verpacht als landbouwgrond. De landschapsarchitect John Bergmans heeft de aanwezige vennen laten herleven, bijvoorbeeld het Brantsven, een diep ven met Alnus en Treurkers erlangs. De architect Russell Page heeft bij een latere herinrichting (1970-1985) grote vijvers laten graven.
De eerste herfstkleuren waren al zichtbaar, o.a. in de Nyssa sylvatica. Ook zagen we prachtige ademwortels bij Taxodium distichum in de moerassige oever langs een vijver.
Verder staan er prachtige houten bijgebouwen, oorspronkelijk uit Slovenië (waar Jelena de Belder geboren is) en herbouwd op het domein.
Bij het woonhuis is een ommuurde tuin met Ilex crenata opgebouwd uit vier delen: Hydrangea’s, Rozen, Pioenen en eentje met Davidia in het midden en wolkvormig gesnoeide Buxus.
Sinds 1986 herbergt Domein Herkenrode, dat zaterdag werd bezocht, een belangrijke dendrologische collectie: het arboretum Wespelaar. Dit arboretum is geen plantenverzameling op rijtjes maar een parkachtig geheel met een geraamte van oude bomen, waarbij lange zichtassen van wekelijks gemaaid gras de verbinding vormen tussen de open ruimten. De plantencollectie is hierin zo geplaatst dat schoonheid en wetenschappelijk doel met elkaar harmoniëren. Nieuwe planten worden uit zaad opgekweekt of als jong plantmateriaal aangekocht en opgeplant. Op deze manier kan men de jonge planten monitoren. De hierbij opgedane kennis wordt gebruikt voor wetenschappelijk onderzoek maar bepaalt ook de meest geschikte, definitieve plek in het arboretum. De collectie omvat ruim 5000 soorten. Er is in het bijzonder aandacht voor soorten die in hun natuurlijke habitat bedreigd worden of al zijn, zogenaamde Rode Lijst planten. Geslachten Acer, Magnolia, Rhododendron en Stewartia zijn ruim vertegenwoordigd.
Het oude bewaarde bomenbestand van de voormalige produktiebospercelen zorgt voor een uitmuntend microklimaat. Temperatuurmetingen hebben een duidelijk verschil aangegeven. Koen Camelbeke, de directeur van Wespelaar, vertelde dat onder de Corsicaanse dennen het in de zomer gemiddeld vijf graden koeler en in de winter vijf graden warmer is dan onder de Eiken.
In dit jaargetijde vielen ook hier vooral de mooi verkleurende bomen op, zoals de rode
Nyssa sylvatica ‘Sheffield Park’ en Nyssa sylvatica ‘Wisley Bonfire’, cultivars van Liquidambar, met in het bijzonder een volwassen Liquidambar styraciflua ‘Gumball’ met een prachtig uitgegroeide bolvormig kroon, de goudgele Fagus grandifolia (Amerikaanse beuk), die al vroeg in de herfst prachtig goudgeel wordt en verder diverse Acer soorten. Maar de solitair in het arboretum geplaatste Acer saccharum was wel de eyecatcher met zijn egale koraalrode kleur.
Het op zondagmorgen bezochte privé arboretum Kreftenbroeck was een geweldige verrassing. Kreftenbroeck betekent moerassig stuk veengrond met kreeftjes. De eerste ‘broeck’, direct na de ingang, is als natuurtuin behouden en wordt gedomineerd door een monumentale Liriodendron chinense, die nu in volle herfsttooi was.
Een solitaire Acer palmatum ‘Dissectum’ als halfstam viel ook direct op.
We werden rondgeleid over het 5 ha grote, geaccidenteerde terrein met een grote ‘broeck’ in de vallei. De tuin, met de in begin 18e eeuw gebouwde boerderij, werd aangekocht in 1980 en is van 1,5 ha door verdere aankopen gegroeid tot de actuele 5 ha. We hebben nog veel bomen, in die begintijd aangeplant, in herfstkleuren kunnen zien zoals veschillende Prunus– en Zelkova-soorten en Camellia japonica ‘Otome’. De tuin kent duidelijk de latere invloeden van Daniël Ost (vaste planten combinaties), Chris Ghyselen (grassen en vaste planten) en wat meer recentelijk van Jacques Wirtz (hagen).
De bijzondere collectietuin ‘de Kleine boerderij’ in Merksplas, die zondagmiddag op het programma stond, wordt geheel gerund door vrijwilligers. Tussen een grote verzameling Agapanthus door kom je in een door beukenhagen opgedeelde tuin met verschillende verzamelingen. In de vakken staan onder andere Lagerstroemia, Arbutus unedo en een aanplant van Araucaria araucana als aanzet tot een Zuid Amerikaanse tuin. Via de prachtig bloeiende Astertuin kom je in de heidetuin. Hier staan grote vlakken met heide, aangevuld met coniferen, zoals Pinus palustris, Pinus tabuliformis ‘Jiuzhaigou Valley’, maar ook Rosa chinensis ‘Viridiflora’. Dan volgt het pas acht jaar oude arboretum waarin bijzondere bomen als Emmenopterys henryi, Acer campbellii subsp. flabellatum (syn. Acer heptaphlebium), verzamelingen van Styrax, Magnolia, Ilex, Hamamelis, Kalmia en Stewartia mooi geformeerd zijn met een onderbegroeiing van Rododendrons, heel veel Hydrangea’s, varens en schaduwplanten.
Alle arboreta waren indrukwekkend en iedereen had zijn eigen favorieten. Het is zeker de moeite waard om deze plekken (nogmaals) te bezoeken, ook al omdat lang niet alles is bekeken. We bedanken alle gidsen voor de prachtige rondleidingen en de enthousiaste verhalen.